Rondtoeren op z’n bijzondere motor is voor gepensioneerd bouwkundige ERIK GEMSER (65) uit Gouda al een genot op zich, maar deze hobby brengt hem heel veel meer.
PAS ROND Z’N 38STE is het echt begonnen. Hij maakte kans om een motor met kentekenplaat te krijgen en heeft zich het rijden toen zelf aangeleerd. In de polder, wat eigenlijk niet mag, maar zo werden wel de benodigde papieren gehaald. Na een tijdje attendeerde zijn vrouw hem echter op de nadelen van die machine: een half uurtje rijden, een uur sleutelen. Op haar aandringen kocht Erik dus ‘iets beters’: een Yamaha V-Max, een mooie maar erg zware motor waarvan hij bijna twintig jaar plezier heeft gehad. Tot hij ‘lichamelijke mankementen’ kreeg: nierfalen, gevolgd door keelkanker en longkanker, alles tegelijk. Inmiddels is dat onder controle, maar viel hij wel dertig kilo af, dus die zware Yamaha uit de schuur halen lukte niet meer. Al zoekende kwam hij bij de veel lichtere Aprilia moto 6.5 uit, ontworpen door Philippe Starck, bekend van zijn meubels en gebruiksvoorwerpen. Het design, de organische vormen, zo’n zadel dat overgaat in het achterspatbord en een uitlaat die rondloopt maken hem heel bijzonder. Daarnaast is het toeren in het weekend een geluidsvriendelijk genot op zich. Wanneer hij dan ergens stilstaat begint altijd wel iemand een praatje. En ja, als er maar zo’n 6200 van zijn gemaakt kom je vanzelf in contact met andere eigenaren, ook in Aprilia’s thuisland Italië en Duitsland. Vervolgens word je lid van een club, ga je van lieverlee steeds meer verzamelen – opeens heeft hij drie motoren staan – en groei je uit tot een soort vraagbaak. Het is niet alleen het klussen in de schuur, maar ook alle internationale contacten via internet: mensen die willen weten hoe ze iets moeten oplossen. Dat geeft heel veel voldoening.
.